De ruimtelijke koers van Zwolle

De visiekaart

Een heel belangrijk onderdeel van de Omgevingsvisie is de visiekaart. Op deze kaart staan de belangrijkste ruimtelijke ontwikkelingen die er in de komende jaren in de gemeente Zwolle zijn.

Je kan een grote versie van deze visiekaart ook in een nieuw venster bekijken.

De visiekaart die hoort bij de omgevingsvisie Mijn Zwolle van Morgen

Onze Ruimtelijke koers

De opgaven voor Zwolle zijn groot, omvangrijk, veelzijdig. We gaan in dit decennium aan de slag met onze stad, met ons buitengebied. We voegen woningen toe en parken. We verbeteren de leefbaarheid en bereikbaarheid voor de Zwollenaar en alle bezoekers van onze gemeente.

Ons buitengebied is voor ons van grote waarde, voor landbouw, landschap, natuur en recreatie. De veelzijdige overgangen tussen stad en omliggend landelijk gebied maken dit gebied voor velen toegankelijk en aantrekkelijk. Dat heeft blijvend onze aandacht nodig. We zetten in op een multifunctioneel buitengebied, waarbij stad en buitengebied verbonden zijn. Meer hierover staat in paragraaf 4.7 van de Omgevingsvisie.

Het werken aan onze stad en ons buitengebied kan niet zonder randvoorwaarden. Daarom hebben we een aantal randvoorwaarden vastgelegd in de Omgevingsvisie.

We hebben ruimte nodig om ons woningtekort aan te pakken. We hebben ook ruimte nodig voor een gezonde buitenruimte met veel groen. We hebben ruimte nodig om Zwolse ondernemers, zowel bestaande als nieuwe, te laten ondernemen; nu en in de toekomst. Ruimte is ook nodig om te wandelen, te fietsen, voor de bus en de trein en natuurlijk onze auto.

Tot 2030 willen we jaarlijks 1.000 woningen toevoegen aan onze gemeente. Dat doen we om het huidige woningtekort aan te pakken, waarbij we zien dat de vraag blijft toenemen. Een woningtekort dat velen merken, jong en oud. Studenten, schoolverlaters, starters op de arbeidsmarkt, allemaal groepen die moeilijk aan een woning komen. Dat geldt ook voor ouderen die nu langer zelfstandig blijven wonen, en daar wel de passende voorzieningen bij willen.

In ons woonbeleid zetten we sterker in op een doelgroepen benadering. We zetten ons in om met name jongeren en kenniswerkers te behouden voor onze stad. Met het toevoegen van 1000 woningen per jaar tot 2030 willen we het woningtekort op alle fronten aanpakken met onderscheidende woonmilieus en een gevarieerd woonaanbod voor iedere inkomenscategorie. We hanteren de volgende prijsverhouding 30-40- 30. Dat wil zeggen 30% van het woonprogramma bestaat uit goedkope woningen, 40% is middelduur en 30% duur. Dit is verder uitgewerkt in ons Woonbeleid.

We zetten in op beter passende vormen van mobiliteit en bereikbaarheid met minder ruimtebeslag. We gaan meer aandacht besteden aan de fietser en de voetganger en minder voorrang geven aan de automobilist. Het belangrijkste doel is het doorgaande autoverkeer door onze binnenstad, het centrumgebied en de stadswijken daar omheen zoveel mogelijk te beperken. Dat moet leiden tot een veel beter leefklimaat, een betere luchtkwaliteit, een lagere parkeerbehoefte, waardoor we ruimte creëren voor groen, voor spelen, voor de fiets en voetganger. 

Drie ruimtelijke uitgangspunten: 

  • Onze buitenring als stadsring met ruimte voor de fietser en voetganger; 
  • Stadstraten als aders voor de oude en jonge stadsdelen met het centrum; 
  • Mobiliteit hub aan de randen van de stadsring.

We willen onze economie versterken voor de cluster rond gezondheidszorg, voor ict/e-commerce en de creatieve industrie. We zien ruimte voor groei van de logistieke sector, mede in het licht van onze deelname in de Port of Zwolle en de regionale potentie van Hessenpoort, mogelijk met een railterminal op de lange termijn. We stimuleren innovatie en nieuwe bedrijvigheid en kijken daarbij ook naar de koppeling met maatschappelijke thema’s. De grote bederijventerreinen houden ieder hun eigen profiel en o.a. meer ruimte en aandacht voor evenementen.

Strategische ontwikkelzones

In de Omgevingsvisie schrijven we over de strategische ontwikkelzones. Dit zijn gebieden waar we veel ontwikkelingen zien op het gebied van wonen, werken, mobiliteit, groen, beleving en recreatie. Deze gebieden liggen in de zones: de StadsKrans en StadsRuit en de StadsRand. 

Wat houden deze zones precies in, waarom werkt de gemeente daarmee? 

Veranderingen en vernieuwing in de gemeente Zwolle vinden plaats om Zwolle beter te maken of juist om dat wat Zwolle mooi en leuk maakt, sterker te laten worden. Bijvoorbeeld hoe het verkeer in de stad wordt geregeld, hoe we de mooie, historische binnenstad nog aantrekkelijker laten worden en hoe we al die fraaie landschappen en plekken in en rond Zwolle fraai houden en toegankelijk maken. Samengevat: het unieke van Zwolle nog unieker maken. 

StadsKrans 

We stellen voor om in de directe omgeving van de binnenstad goed te kijken naar het oude centrum en de gebouwen die er nu omheen staan. Dit gebied, rond de gracht, noemen we de StadsKrans. Daar wordt nu al veel gebouwd en we gaan er nog veel bouwen. Door de Spoorzone en de binnenstad veel beter aan elkaar te verbinden, hebben we straks 1 groot centrum (Stadshart), omdat deze gebieden elkaar aanvullen.

StadsRuit 

De StadsRuit is het gebied langs de grotere wegen in de stad, zoals de IJsselallee, Blaloweg, Zwartewaterallee en de Ceintuurbaan. Langs deze StadsRuit staan heel veel kantoorpanden die veranderd kunnen worden in woningen en andere voorzieningen. Bijvoorbeeld winkels of creatieve werkplekken. 

Het gaat niet alleen gebouwen. Ook de inrichting van de wegen, de wijze van parkeren, de ruimte voor voetganger en fietser worden aangepakt. En ook belangrijk in de inrichting van de buitenruimte is de aandacht voor spel, rust, groen, water, om ruimte te scheppen voor natuur in de stad, om te spelen, de hittestress aan te pakken en te zorgen dat we wateroverlast bij heftige regen zoveel mogelijk voorkomen. 

Binnen de StadsRuit ontwikkelen we de komende jaren de volgende gebieden: Spoorzone, omgeving VEZ (Voorsterpoort Oost), Zwartewaterallee bij Holtenbroek en Aa-landen, de IJsselhallen, de Zwartewaterzone en delen van de Oosterenk

StadsRand 

De StadsRand is de scherpe begrenzing waar de stad en het buitengebied elkaar raken. Denk aan de buitenkant van Zwolle-Zuid, van Holtenbroek en Aa-landen, van Stadshagen. Die scherpte maakt Zwolle zo mooi. Van een mooi stadsleven naar de rust van landerijen, de koeien in de wei, de natuurgebieden en het water. We willen deze overgang behouden en sterker maken. De tegenstelling moet iedereen kunnen ervaren. Daarom willen we zorgen dat de StadsRand makkelijker bereikbaar wordt met de fiets of lopend. 

Tegelijkertijd ronden we de StadsRand op sommige plekken af, zoals met de ontwikkelingen in de Stadshagen. We onderzoeken de potentie van de gebieden IJsselvizier en Stadsbroekexterne-link-icoon. Daarbij bekijken we de kansrijkheid van meerdere functies of een combinatie daarvan. Wonen is daar één van. Bij de oude energiecentrale zien de kans om stad en landschap sterker te verenigen door daar ontwikkeling mogelijk te maken. Daar is inmiddels een gebiedsvisie voor opgesteld.

Situering van de strategische ontwikkelzones

Hoogbouw: Hoe hoog mag het?

Hoogbouw is een onderwerp waar veel mensen over praten. Hoe hoog mogen de gebouwen in de binnenstad maximaal worden? En hoe hoog mag gebouwd worden langs de randen van de stad? Hoogbouw is geen doel op zich maar wel belangrijk om meer woningen te kunnen bouwen, zonder dat we daarvoor veel ruimte nodig hebben. We kunnen daardoor ook ruimte maken voor klimaat-maatregelen en een aantrekkelijke buitenruimte nemen. Hoogbouw mag en kan nu ook al in Zwolle. Denk aan de IJsseltoren of de hogere gebouwen in en rondom het centrum. Een deel van het beleid blijft bestaan en een deel willen we, gebiedsgericht aanpassen.

Ook willen we meer invloed op hoogbouw hebben en hoe het eruit komen te zien. We zien geen toekomst in meer flats zoals we die in de jaren 70 hebben gemaakt. Daarom introduceren we de ‘hoogbouweffectrapportage’, een nieuw toetsinstrument. Wanneer er plannen zijn voor gebouwen die hoger zijn dan 25 meer moeten plannenmakers een hoogbouweffectrapportage inleveren. Hierin moet duidelijk uitgelegd staan dat de hoogbouw past in de omgeving. Ook moet duidelijk zijn wat het effect is op bijvoorbeeld schaduwwerking, of de wind.

Wat is ons voorstel?

In de stadskrans mogen de gebouwen niet hoger zijn dan de Peperbus (dit geldt niet alleen in de Stadskrans, maar in zijn algemeenheid. De Peperbus, met een hoogte van iets meer dan 70 meter is de maat der dingen voor hoogbouw in Zwolle). In de Stadskrans is de hoogte beperkt tot een bandbreedte van 35 tot 45 meter.

In de Stadsruit mag de hoogbouw maximaal 70 meter zijn, maar het moet dan wel goed beschreven worden waarom deze hoogte nodig is en het moet aansluiten bij het landschap en de omgeving. Langs de randen van de stad willen we maximaal 20-25 meter toestaan. Dat is ongeveer de maximale kruinhoogte van bomen. Ook hiervoor geldt dat deze bebouwing moet passen in de omgeving. Dus de kwaliteit staat voorop en dat kan alleen met een zorgvuldige stedenbouwkundige en landschappelijke inpassing.