Veelgestelde vragen oneigenlijk grondgebruik

Op deze pagina vindt u de meest gestelde vragen over de gemeentelijke aanpak van oneigenlijk grondgebruik.

De gemeente verstaat onder ‘oneigenlijk grondgebruik’ het gebruiken van grond door inwoners en bedrijven. Dit terwijl de grond (volgens het Kadaster) eigendom is van de gemeente. De grond wordt dan ‘illegaal’ gebruikt. Het ‘bewust’ toe-eigenen van grond van de gemeente, is eigenlijk diefstal van overheidseigendom. Veel bewoners weten dit niet.

Gemeente Zwolle staat voor grote uitdagingen als het gaat om optimaal gebruik van de openbare ruimte. Grond is schaars geworden. Een nieuwe kijk op klimaatverandering, energietransitie, mobiliteit en leefbaarheid maken dat grond mogelijk een nieuwe publieke functie krijgt.

De gemeente wil haar eigen schaarse grond actief in gaan zetten voor duurzaam gebruik. Vanaf nu en voor de toekomst van de stad. Dit doet zij in het belang van haar inwoners.

Zwolle gaat in principe uit van "goed burgerschap" van haar inwoners. Daarom huldigt zij het standpunt: "we maken alleen regels als gebrek aan eigen verantwoordelijkheid structureel het algemeen belang in de weg gaat zitten." Mede daarom is de gemeente terughoudend als het gaat om handhaving. Zo houden we de organisatie "slank" waar het kan.

Door de toename van hitteperiodes en hittestress in de stad is meer ruimte nodig voor groen en groenaanleg. De leefbaarheid van de stad vraagt om fikse aanpassingen in het mobiliteitsplan. Ook hebben we de grond nodig voor geothermie, bekabeling en de plaatsing van meer trafo's. Tenslotte kan woningbouw op tot nog toe open plekken noodzakelijk zijn.

Ja. Ons beheersysteem kent de actuele afspraken op straatniveau. De toegestane uitzonderingsgevallen zijn bij ons bekend als adoptiegroen of adoptieovereenkomst en meegenomen in de inventarisatie van "oneigenlijk grondgebruik". De samen ingezette vergroening (dus, met toestemming van de gemeente) kan blijven bestaan.

Het komt vaak voor dat gebruikers helemaal niet weten dat ze gemeentegrond in gebruik hebben. Ze hebben het huis met grond zo gekocht en niemand heeft ze iets verteld over de ligging van eventuele grond van een ander in hun tuin of op hun perceel. Zelf had zo’n gebruiker vaak helemaal geen reden om te vermoeden dat er iets niet klopte. Een brief van de gemeente met een verzoek om deze grond terug te geven en te ontruimen, valt dan vaak rauw op het dak.

Er is sprake van "te goedertrouw", wanneer u gebruikt maakt van gemeentegrond waarvan u "redelijkerwijs" niet kon weten, dat de grond de gemeente toebehoort. De gemeente mag ervan uitgaan dat u de eigen verantwoordelijkheid heeft bij het kadaster te checken welk stuk grond van u is en welk niet. Wanneer u te goedertrouw was bij het verkrijgen van een object met grond, dan geldt de verjaringstermijn van 10 jaar. De gemeente zal die specifieke situatie aanvaarden.

De grond is van de gemeente en blijft dat ook. Na 20 jaar verjaart de aanspraak die de gemeente in zo'n situatie kan maken op haar eigen grond. U heeft zelf de verplichting aan te tonen dat u al 20 jaar het genot van de gemeentegrond heeft gehad.

De gemeente beoordeelt welke gronden voor verkoop in aanmerking komen. Daarbij kijkt de gemeente onder andere naar:

  • de groenstructuur;
  • de (verkeers)veiligheid;
  • mogelijke toekomstige ontwikkelingen;
  • logische en rechte kadastrale grenzen;
  • de aanwezigheid van kabels en/of leidingen.